Een ongelofelijke reis door de Himalaya - Reisverslag uit Amsterdam, Nederland van Rik en Corinne Keijzer - WaarBenJij.nu Een ongelofelijke reis door de Himalaya - Reisverslag uit Amsterdam, Nederland van Rik en Corinne Keijzer - WaarBenJij.nu

Een ongelofelijke reis door de Himalaya

Door: RikenCorinne

Blijf op de hoogte en volg Rik en Corinne

18 Mei 2012 | Nederland, Amsterdam

11 mei – Op weg naar Gyantse

Om 9 uur s‘ochtends vertrekken we uit Lhasa. We zullen de komende dagen dwars door het berggebied, en uiteindelijk de Himalaya, rijden om zo bij grens van Nepal te komen. We komen al snel bij de eerste pas die 4.790 m hoog is, de Kamba-La. Overal wapperen vrolijk de gebedsvlaggetjes, die altijd op de hoogste punten worden opgehangen. Het prachtige heilige meer Yamdrok-Tso schittert in de zon onder ons en doet ons de stank en smerigheid vergeten.

We rijden verder en al snel volgt het 2de hoogtepunt, de Kora-La pas. We zitten op dat moment op maar liefst 5.120 meter en zien de eerste gletscher die al boven de 7000 meter uit torent. Wat een geweldig gezicht en ongelofelijk nietig gevoel geeft dat. Onderweg komen we de nodige Yaks en wilde steenbokken tegen. Prachtig om te zien, maar je vraagt je af waar ze van leven, alles is zó gortdroog om ons heen. En…. waar is de sneeuw op dit soort hoogtes?

Tegen het eind van de middag komen we aan op plaats van bestemming: Gyantse, welke op 3.980 meter ligt. Het valt ons direct op dat er minder chinezen aanwezig zijn in dit gebied, en gelukkig ontbreken ook de militairen. De mensen zijn erg vriendelijk en blijven lachen en wijzen naar ons, kindjes roepen ons na om daarna snel achter moeders rokken weg te kruipen :)

We bezoeken smiddags de Cyangste Pachu Monastry uit 1418. Je zou denken, je hebt ze wel gezien op een gegeven moment, al die kloosters, maar geloof me… niet dus. De Boeddha’s komen ons wel steeds vaker bekend voor, maar verder is het steeds heel anders qua bouwstijl en binnenkant. We hebben ook echt een topgids wat dat betreft. Naast dit klooster staat de grootste stupa van Tibet van maar liefst 32.4 meter uit 1427. Er bevinden zich maar liefst 100.000 Boeddhabeelden binnenin, het is werkelijk een sprookje om doorheen en overheen te mogen lopen.

We halen op de terugweg nog wat fruit, ontbijt is namelijk niet echt je van het hier ;) en verdwijnen in onze hotelkamer. Er is namelijk een nadeel: savonds is hier geen ene mallemoer te doen. Het is superlekker weer maar iets van een terrasje kennen ze niet, balkon hebben we niet, en geloof me… je wíl eigenlijk helemaal niet buiten zitten met die vreselijk stank van brand, urine en andere uitwerpselen overal, dus het wordt een potje rummicubben :D

12 mei – we vervolgen onze rit naar Shigatse

De rit naar de Shigatse, de eennagrootste stad van Tibet, duurt maar anderhalf uur. Onderweg kijken we onze ogen uit, het lijkt wel of de tijd heeft stilgestaan en we 100 jaar terug gaan in de tijd. Nauwelijks auto’s, veel paard en wagens, ezels en tractortjes die wij als speelgoed gebruiken. De huizen zijn merendeel gemaakt van Yakstront. Ze gebruiken het als bouwsteen maar ook als stookmiddel. Gas is voor de rijken, Yakstront voor de armen, en daar mogen ze het mee doen.

Overal om ons heen zijn de mensen hard aan het werk op het land. Ze zaaien bali, een soort zaad wat gebruikt wordt voor onder andere het maken van bier maar ook geofferd wordt in de kloosters. Onze gids neemt ons mee naar een piepklein gebouwtje langs de kant van de weg waar een mannetje de bali met ouderwetse watermolens laat fijnstampen tot meel, Samba. Hij vindt ons geloof ik wel grappig en wil met me mee naar Nederland. “Rik laten we dan maar Samba maken” zegt ie lachend :) We krijgen een zakje geroosterde bali mee, wat een beetje naar popcorn smaakt en vervolgen met een grote lach onze weg. Wat genieten we van juist dit soort kleine dingen....

We komen aan in Shigatse. Hier moet onze gids een vergunning zien te krijgen voor ons om zowel het klooster te mogen bezoeken als de Mount Everest op te mogen straks. Ze houdt ons in spanning en blijft maar liefst een half uur weg bij het overheidsgebouw. Maar gelukkig… ze komt terug met goed nieuws en onze permits, woehoeeee!

We komen aan in ons prachtige hotel. Het is de mooiste tot nu toe, al is dat voor Nederlandse begrippen nog maar zozo. ‘smiddags neemt Pema ons mee naar het klooster Ta Shi Lhun Po uit 1447. Hier krijgen we de allergrootste Boeddha ter wereld te zien. Vanaf 26 meter hoog maar liefst kijkt deze Boeddha van future & love ons aan… het is a-dem-be-ne-mend. Wat een gigantisch bouwwerk, en helemaal gemaakt van koper en goud. We zijn er stil van…

We lopen naar buiten en zien een groep tibetanen een deur doorgaan. Rik wordt gewenkt door een dametje en vraagt of we meegaan. Pema legt uit dat deze ruimte altijd gesloten is en maar 1x per jaar open gaat…. Laten wij nou nét dat mazzel hebben! Geen idee wat ons te wachten staat lopen we mee. Als enige toerist tussen honderden Tibetanen die wijzen, ons toelachen en aanstaren. De grote verrassing komt helemaal bovenin na tig trappetjes en buiten adem.. een prachtige Mandela gemaakt van zand (zie foto). Je krijgt er kippenvel van. We krijgen van Pema een sjaaltje als offering om op de koepel van de Mandela te gooien en mogen een wens doen. Daarna worden we gezegend door een monnik. Diep onder de indruk van alles lopen we weer naar buiten.

We hebben het plan “nog even” om het klooster heen te lopen. Tibetanen doen dat om van hun zonden verlost te worden, dus je begrijpt… we ontkomen er niet aan ;) Wat we niet weten is dat het een lange weg omhoog is, de berg op. Wat we op deze route zien en meemaken is eigenlijk niet te beschrijven. De mensen zijn zó lief, maar ook zó vreselijk smerig. Ze doen hun behoefte, en nee, niet alleen plassen, voor je neus en maken van de berg 1 grote vuilnisbelt… overal liggen zwervers en zwerfhonden… en ondertussen ligt het geld binnen het klooster letterlijk op straat. Het is een raar contrast om waar te nemen.

We sluiten af met een bezoekje aan de apotheek. Rik blijft maar last houden van hoofdpijn, waarschijnlijk door de hoogte. We hopen dat het helpt en dat we deze ongelofelijk bizarre reis voort kunnen zetten.

13 mei – What doesn’t kill you, makes you stronger

Deze dag begint al slecht als we na een paar uur autopech krijgen. In the middle of fakking nowhere, wat eigenlijk overal is, kapt ie er mee. De benzine die we er in gegooid hebben schijnt niet goed te zijn. Gelukkig zitten we nog wel op de hoofdweg, de Friendship Highway, en kunnen we voor hulp bellen uit het dichtstbijzijnde dorp. Lang leve de gsm. Na 3 kwartier, vlak voor de hulp komt, krijgt onze eigen chauffeur het dan toch voor elkaar dat ding weer aan de praat te krijgen. Rijuhhhh!

Het plaatsje Sakya waar we dan aankomen valt werkelijk in alle opzichten tegen. Het is 1 goor smerig stinkend gat met het smerigste klooster dat we gezien hebben tot nu toe. Het hotel is niet anders. Vies beddengoed, bedden als beton, het vreselijkste eten tot nu toe, electra die om de haverklap uitvalt, geen warm water en als klap op de vuurpijl, de volgende ochtend helemaal geen water meer. Aangezien toerisme nog in de kinderschoenen staat is het personeel niet in staat ons überhaupt te begrijpen, laat staan er wat aan te doen.

Nee, deze dag hadden ze wat ons mogen skippen… snel verder!

14 mei – Dak van de wereld

De volgende ochtend zijn wij de eerste die klaar staan met de koffers. Weg uit deze bende, op naar ons doel: de Mount Everest, oftewel Mt Quomolangma in het Tibetaans, het dak van de wereld.

We passeren die dag 2 passen boven de 5000 meter. Rik heeft erg veel last van de hoogtes maar de pillen die hij heeft gekregen verlichten de pijn gelukkig genoeg. Ik ben zelf erg kortademig en je moet vooral niet willen rennen,dan ben je deaud. We gaan zelfs over een pas van 5.248 meter. Het hoogst bereikbare punt met de auto in de wereld. Wat een gevoel!!!

Daarna vervolgen we onze weg die er niet comfortabeler op wordt. Maar liefst een 102 km hobbelige niet-geasfalteerde weg dwars door de bergen staat ons te wachten. Op die weg zien we wel mooi 4 van de 5 achtduizenders, waaronder voor het eerst de Mt Everest. We stoppen even om te genieten en direct schieten er allemaal kindertjes op ons af. De vieze smoezelige gezichtjes zijn maar wat nieuwsgierig, auto’s hebben ze bijna niet in deze bergen.

Dan bereiken we First Base Camp. We hoeven gelukkig niet in een tent te slapen, zoals eerst gedacht, maar krijgen een kamer in een “hotel”. Welliswaar zonder wc en douche, maar het is een knus ding en we krijgen eigenlijk voor het eerst deze vakantie een fatsoenlijke maaltijd. Het is er errrrrrg koud, gelukkig heeft onze supergids een electrische deken voor ons geregeld. En geloof me, die was nodig!

Mount Everest… hier doen we het voor. We laten ons meenemen naar 5200 meter, klimmen dan zelf nog een stukje, om uiteindelijk daar op dat hoogste punt onze Tibetaanse gebedsvlaggetjes op te hangen. Het dak van de wereld, de hoogste berg ter wereld met zijn 8.848 meter. Het is een mooi en vooral machtig gevoel en het maakt je gek genoeg heel emotioneel. Wat zo’n berg en een paar van die vlaggetjes al niet met je kunnen doen. Voor ons letterlijk en figuurlijk een prachtig mooi hoogtepunt.

15 mei – op naar de grens

We verlaten na een prachtige zonsopgang op de Mount Everest het gebied. Het wordt een rit om nóóit te vergeten. 70 km verder dwars door de bergen, hobbels, kuilen, smalle richels, halve bruggen, oneindige vertes….zonder iets of iemand tegen te komen, zonder iets te zien dan bergen, beekjes, yaks en af en toe een boertje, het was on-ge-lofelijk. Het leek wel 1 grote jeepsafari maar dan nog 100x gaver. Niet uit te leggen in woorden, slechts een kleine indruk met de foto’s.

We passeren de laatste pas, ook alweer van 5.200 meter,waar we ook de 5de en tevens laatste achtduizender zien, en rijden daarna de bewoonde wereld weer in. Zhang Mu is onze eindbestemming van vandaag, de grensplaats met Nepal, 3000 meter lager dan het hoogtepunt van vandaag. We kunnen weer adem halen!

Ons hotel ligt letterlijk naast de grens. Iedere bewoner van dit plaatsje is ineens een zelfbenoemde bankier. “Wanna change money?” horen we steeds om ons heen. Als het om geld gaat spreken ze ineens wél Engels is al vaker gebleken. Gelukkig weet onze gids een betrouwbaar adresje en binnen no-time hebben we de Nepalese roepies in onze zak.

We geven Pema haar fooi voor de afgelopen 10 dagen en bedanken haar enorm. Ze heeft dit deel van onze reis gemaakt. Was niet alleen een supergids maar ook de meest zorgzame regelaarster en begeleidster die we ooit gekend hebben. Ik krijg een prachtige ketting van haar als aandenken en emotioneel nemen we alvast afscheid…

Morgen komt er dan echt een einde aan ons bizarre Tibet avontuur waar we nog lang over zullen napraten. We begrepen dat er vanaf 5 mei door de Chinese regering geen visa meer afgegeven werden voor individuele reizigers naar Tibet….hebben wij even supermazzel gehad!!

Door naar Nepal… we zijn benieuwd wat ons daar allemaal te wachten staat!

  • 21 Mei 2012 - 07:46

    Jootje:

    Lieve schatjes,
    Ik had weer wat bij te lezen en te zien. Geweldige verhalen dito pics.
    Nog een week genieten voor jullie en dan weer thuis.
    Liefs en take care <3

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Rik en Corinne

Actief sinds 21 April 2012
Verslag gelezen: 1267
Totaal aantal bezoekers 18627

Voorgaande reizen:

04 Mei 2012 - 27 Mei 2012

China, Tibet, Nepal

Landen bezocht: